Dodenherdenking 2016 in Sneek.

We waren al een tijdje niet geweest, gekozen voor de herdenking op de buis. Toch kwam weer het verlangen om het meer van dichtbij te herdenken. Per slot van rekening ben ik van voor de oorlog, om precies te zijn van 1940. De te herdenken slachtoffers van de tweede wereldoorlog zijn dus gesneuveld in de tijd dat ik als kind opgroeide in Sneek. Nee, honger heb ik niet echt gekend. Vader kon als eigenaar van een vrachtauto, waarmee hij vee vervoerde, een verhuizinkje deed of gewoon een transportklusje uitvoerde, in het laatste oorlogsjaar bij de meeste boeren nog wel melk en mogelijk andere etenswaar op de kop tikken. Natuurlijk aten we als kinderen ook we koolraap, suikerbieten en andere nu niet meer te eten knollen, maar dat hebben we als kinderen niet als een probleem ervaren.
Wat we tekort kwamen, is na de bevrijding met Draaisma’s levertraan weer aangevuld.
Maar terug naar de doden herdenking.
Kwart over 7, dus ruim op tijd waren we- mijn vrouw en ik- op het Oud Kerkhof bij de Grote of Martinikerk aanwezig.  Aanvankelijk leek het rustig, maar om half acht waren er al veel mensen voor de herdenking aanwezig. Opmerkelijk veel jongeren, die door de oudere aanwezigen bijna geluidloos naar voren werden gedirigeerd om maar niets van de herdenking te hoeven missen. Opvallend was de stilte die vooraf ging aan de eigenlijke herdenking.  Er werd omgeroepen wat er zoal ging gebeuren, met als “hoogtepunt” het spelen van de Last Post, gevolgd door de acht zware slagen van de klok van de Martinikerk.  
Hierna was het stil, doodstil.  
Dit waren de werkelijke twee minuten stilte om onze doden- en bevrijders te herdenken en te eren. Alleen het koeren van een houtduif verbrak deze stilte, alsof hij gebruik wilde maken van het moment. De duif staat symbool voor vrede, dus het verbaasde me niet.
Ook tijdens de toespraak van de burgemeester, het kransleggen door de diverse instanties- en organisaties, bleef het stil. Dit duurde tot het eind van de plechtigheid die ongeveer een half uur duurde.
Daarna werd het monument voor de Canadese gevallenen bezocht en het Canadese volkslied gespeeld. Tot slot werden er kransen gelegd bij het Joods monument in de stadhuistuin. Al met al, na 70 jaar een geweldig gebeuren.
Wij zijn blij dat we dit weer mee mochten maken. Maar waarom schrijf ik dit allemaal?
Wel, wat ons- positief- verraste  tijdens deze herdenking, was dat de jeugdige aanwezigen zich zo bijzonder rustig hielden- en respectvol gedroegen  tijdens de gehele herdenking.
Daar nemen wij,  in een tijd dat er vaak zo negatief over de jeugd wordt gesproken, ons “petje” voor af.  Meer dan bijna dertig minuten stilte, fantastisch om te “horen”.

Fam. Veenstra.