1758          De Hervormde Kerk in Goënga.       2015

Eeuwen is het al geleden, dat je verrees hier, steen voor steen.
Jaren was er voor gestreden, het was een wens van iedereen.
Je kreeg dikke stenen muren- en ramen met een mooie boog
ja, het was nog in de jaren dat iedereen ter kerke toog.
Weer later kreeg je een houten toren, met bovenop een mooie haan
de klok kon je van verre horen, de kerk zag je van verre staan.
En de mensen op de velden, onder jou luidend gehoor,
wisten toen van jou de tijden en gaven het elkander door.
Zondags waren hoogtij dagen, de kerk was dan druk bezet
van verre kwamen toen de mensen- en er werd goed opgelet.
Samen luisterend naar de preek, zittend op jou harde banken
kwamen zij daar dan bijeen, om te bidden en te danken.
Vaak voor vrede en voor voorspoed- en ook voor de medemens
voor iedereen een draaglijk leven, dat was toch de grote wens.
Eeuwen heb je hier gestaan nu, op je terp, mooi hoog en droog
duizenden hebben je betreden, ’t was wat de mensen steeds bewoog.
Maar de tijden werden anders, iedereen die kreeg het druk
deels gaat dit dan vaak ten koste van een stuk levensgeluk.
Ach,  het zou ook nooit meer worden, zoals het eens vroeger was
en afscheid nemen van de kerk, kwam het dorp ook niet van pas.
Toch zullen meerderen ervaren, dat ook aan deze hoge nood
weer positieve kanten zitten- en nieuwe samenwerking bood.
’t Orgel zal steeds minder klinken, maar is nog niet geheel verstomd
Zes maal jaar ’s zal het nog spelen en blijft het orgel toch gezond.
En voor het  orgel “pûstetraepjen”, het laatst door ene Van der Goot
is nou met een pomp geregeld- en komt nooit meer in ademnood.
Toch zijn we aan het overdenken, bij die ruim tweehonderd vijftig jaar
en mag je best wel constateren, ’t brengt mensen ook weer bij elkaar.
Samen werken om te houden van deze mooie oude kerk,
zet een hele groep van mensen, eensgezind weer aan het werk
Sommigen maakten schilderijen, gedichten,  foto’s of muziek
en ze hadden niet te klagen over de opkomst van publiek.
Zo dragen er nu velen een “steentje” bij voor ’t kerkjuweel
en als iedereen dan wat doet, ach dan vraag je toch niet veel.
Daarom blijf het dorp ook wensen, dat ook in de komende tijd
het aanzien van de kerk met toren ons hele dorp verblijd.

Cees Veenstra.